21 augustus 2024

Luchtkwaliteit haven binnen de Europese norm

De luchtkwaliteit rond het Amsterdamse havengebied blijft ook in 2023 binnen de Europese norm. Dit blijkt uit de metingen van de GGD, die sinds 2009 dagelijks op vijf punten metingen in het havengebied verricht naar de hoeveelheid fijnstof (PM10 en PM2.5), stikstofdioxide (NO2), zwaveldioxide (SO2) benzeen, tolueen en xyleen (BTX).

In 2023 lieten de meeste meetstations in en rondom het havengebied een verbetering zien in de concentraties van verschillende componenten ten opzichte van eerdere jaren. Voor bijna alle gemeten componenten (PM10, PM2.5, NO2, roet, SO2) waren de concentraties in 2023 lager dan in 2022. Alleen de benzeenconcentraties zijn in 2023 vergelijkbaar met 2022, maar nog altijd lager dan in de voorgaande jaren. Een deel van de daling in gemeten concentraties kan worden toegeschreven aan het weer; 2023 was namelijk een buitengewoon nat jaar. Veel regen draagt voor veel stoffen bij aan een schonere lucht.

Aanscherping
De concentraties van alle gemeten stoffen voldoen ruimschoots aan de vastgestelde grenswaarden van de Europese Unie. Begin dit jaar stemde het Europees Parlement voor aanscherping van de grenswaarden voor luchtkwaliteit. Als deze voorgestelde grenswaarden worden goedgekeurd door de lidstaten, zullen de nieuwe grenswaarden vanaf 2030 van kracht zijn. Ook bij aanscherping van de grenswaarden vallen nagenoeg alle stoffen binnen de norm. Enkel NO2 voldoet op 2 meetstations nog net niet aan de voorgestelde grenswaarde, al is er wel sprake van een dalende trend.

Geur
Het aantal meldingen van stof- en geurklachten waarbij als oorzaak het havengebied is geregistreerd, is in 2023 aanzienlijk toegenomen vergeleken met 2022. Waar er in 2022 nog 288 klachten waren, steeg dit in 2023 naar 531. De Omgevingsdienst Noordzeekanaalgebied heeft hier niet direct een verklaring voor gevonden. Het overgrote deel van deze klachten kwam van bronnen uit de chemische industrie. Opvallend is dat het aantal alarmeringen van de eNoses is gedaald ten opzichte van 2022: van 7.608 naar 5.423.

Het volledige jaarrapport is hier te lezen.

Deel dit artikel